Naar aanleiding van vijftig jaar migratie slaan de Pianofabriek en Daarkom de handen in elkaar voor ‘Daar kwam een “gast”arbieder – 50 jaar Turkse en Marokkaanse migratie’. Het resultaat is drie dagen vol cultuur, tegendraadse opinies, theater, muziek en woord. Kif Kif trok naar Brussel voor een gesprek met Joachim Ben Yakoub, stafmedewerker beeldvorming & diversiteit. Hij volgt de aanloop naar de vieringen rond vijftig jaar migratie al een hele tijd op de voet.
Joachim valt meteen met de deur in huis: “Vijftig jaar geleden zette de Belgische Staat een systeem op poten om de naoorlogse economie herop te bouwen en de winsten te maximaliseren. We gingen er van uit dat de gastarbeiders uit Turkije en Marokko na de heropbouw terug zouden keren naar hun thuisland. België heeft op geen enkel moment werk gemaakt van een onthaalbeleid, waardoor we hun aanwezigheid stilaan zijn gaan problematiseren,” vertelt Joachim. “Niet alleen in België maar in heel Europa heerst er een problematische houding tegenover bepaalde vormen van migratie. In 1974 voerden we dan ook officieel een migratiestop in. Tot het einde van de jaren tachtig waren de migratiestromen, van voornamelijk Turkse en Marokkaanse mensen, heel beheersbaar. Met de val van de Berlijnse Muur zijn de migratie en globalisering exponentieel toegenomen en zijn migranten mee destructuren van onze steden gaan bepalen.”
Brussel is anders
Moeten we dezelfde taal spreken, dezelfde waarden en normen delen om te kunnen samenleven? Joachim vindt dit alvast geen vereiste: “Mensen die hier toekomen zijn verplicht om een inburgeringscursus te volgen. Deze lessen zijn gebaseerd op “onze” taal, “onze” waarden en normen. Wie zijn ‘inburgeringsplicht’ niet nakomt, kan een boete krijgen tot wel 5.000 euro. Ook wie in aanmerking wil komen voor een sociale woning of (in de toekomst ook) een leefloon moet eerst slagen voor een taal- en inburgeringstest .” Maar het is net niet die diversiteit, deze verschillen die een democratie vormen? Het inburgeringsbeleid zoals het nu politiek ingezet word, is een niet te onderschatten motor van racisme in ons land.
Brussel is een wereldstad. “Het enige wat mensen nog verbindt is hun verschil. Het merendeel van de Brusselaars behoort tot een minderheid. In Sint-Gillis heeft 92% van de bevolking niet-Belgische roots. Om maar te zeggen dat de tijd van de homogene stad definitief voorbij is. ‘Ondanks’ de verschillende talen, de verschillende godsdiensten, waarden en normen slagen de mensen in Sint-Gillis er heel goed in om samen te leven, wat de algemene visie op samenleven tegenspreekt”, vertelt Joachim. “Is het daarom niet raar dat we een asociaal inburgeringsbeleid voeren vanuit een premisse van homogeniteit?”
Inburgering
Inburgering is tweerichtingsverkeer, zo stelt de Vlaamse overheid. Joachim ziet het lichtjes anders: “De Vlaamse overheid verwacht iets van de nieuwkomers, maar de ontvangende samenleving moet daar ook iets tegenover stellen. Het aanbieden van verplichte inburgeringscursussen is geen tweerichtingsverkeer. Waarom kunnen we niet allemaal de tijd nemen om samen te integreren in een steeds veranderende geglobaliseerde omgeving. We kunnen werken aan een gastvrij onthaal, aan het globaliseren van basisrechten. Nu vallen sans-papiers bijvoorbeeld volledig buiten het rechtssysteem. Asielzoekers moeten eerst tal van procedures doorloper voordat ze de volgende stap kunnen nemen. Eenmaal uw papieren in orde, moet je slagen voor taal- en inburgeringstesten, vervolgens kan je uw nationaliteit aanvragen. Eenmaal Belg, zou je beroep moeten kunnen doen op al uw rechten, maar ben je niet gevrijwaard van racisme en discriminatie. De gedachte dat men pas kan samenleven wanneer men dezelfde cultuur, taal, waarden en normen deelt, daar moet men proberen van af te stappen. Enkel op deze manier kan een diverse samenleving kans maken”
Sociale grondrechten
Sociale grondrechten lijken volgens Joachim een logische voorwaarde om mensen van een andere origine meer welkom te doen voelen en meer doorgroeimogelijkheden te bieden. “Door racisme en discriminatie missen sommige derde generatie migranten, ook diegenen die hoger opgeleid zijn, toch nog aansluiting met de samenleving. Ze krijgen minder loon voor hetzelfde werk etc. Momenteel hebben we een getrapte vorm van sociale zekerheid, gebaseerd op het waanbeeld dat homogeniteit een voorwaarden is om samen te leven. Deze getrapte vorm van sociale zekerheid vertrekt niet alleen van een achterhaalde logica, maar zorgt ook voor een legitimering van racisme en discriminatie. Het versterkt bovendien het neoliberale draagvlak om onze sociale welvaartstaat uit te hollen.”, stelt Joachim.
50 jaar migratie, maar ook 40 jaar officiële erkenning van islam
Hoewel we al drie generaties verder zijn, lijkt migratie stilaan een aanvaardbaar en bespreekbaar thema, toch? Joachim: “Na vijftig jaar proberen we een punt te maken van iets wat eigenlijk heel vanzelfsprekend is. Mensen die hier geboren, opgegroeid en getrouwd zijn, die hier hun eigen kinderen opvoeden. Het zou vanzelfsprekend moeten zijn dat zij deel uitmaken van onze samenleving. Het schoentje knelt echter wanneer het over religie gaat . Vergeet niet dat we dit jaar ook de veertigjarige erkenning van de Islam als officiële eredienst herdenken. Daar hoor je helaas bitter weinig over.”
De migratiegeschiedenis en daaraan gekoppeld de erkenning van de Islam als officiële godsdienst is een vrij complexe geschiedenis. Joachim is hier duidelijk over: “Zulke feestelijkheden, vieringen rond vijftig jaar migratie, worden volgens mij gemakkelijk politiek gerecupereerd. In Brussel is dit flagrant. Je kunt zulke evenementen niet organiseren zonder hypocriet over te komen.”
“Het afgelopen jaar heb ik de spanning tussen migratie, erkenning en alle ‘vieringen’ errond enorm gevoeld. Vijftig jaar migratie en de overenthousiaste aanloop die daaraan vooraf ging vind ik een beetje misplaatst. Als je terugdenkt aan de context waarin die migratie plaatsvond, dan was dit er één van heropbouw en dekolonisatie. België was in 1964 op zoek naar goedkope arbeidskrachten, mensen die het vuile werk wilden opknappen. Door alle euforie van vandaag dreig je uit het oog te verliezen wat de exacte omstandigheden waren en wat we hier uit kunnen leren. Er is dus niet echt reden tot vieren, maar wel nood aan herdenking.”
Met het driedaagse evenement ‘Daar kwam een ‘gast’arbeider – 50 jaar Turkse en Marokkaanse migratie’ schotelen GC de Pianofabriek en Daarkom je een uitgebreid en gevarieerd cultureel programma voor. Op donderdag 22 mei staat er een gesprek met Samira Azabar, Jan Goosens, Mohamed Benhaddou en Rachida Aziz op het programma, waarbij gepolst wordt naar wat 50 jaar migratie ons geleerd heeft en hoe het verder moet. Vrijdag brengt Haider Al Timimi zijn nieuw stuk “Ich bin wie du” ten berde. Op zaterdag 24 mei sluiten Gansan en Sibel twee Brusselse 'fusion' bands het evenement af. Meer info op www.pianofabriek.be