Een andere kijk op religie en secularisering

In een nieuw boek, Religie herzien, gehuld in een mooi paars jasje, bestrijdt Jonas Slaats zeven hardnekkige misverstanden over ‘religie’ en pleit hij voor een andere kijk op de fenomenen ‘religie’ en ‘secularisering’. De auteur beschouwt die misverstanden als ‘moderne mythen’, die de burger van vandaag ingelepeld kreeg.

 

De structuur van het boek is helder. Elke mythe krijgt een hoofdstuk waarin de basisveronderstellingen van die mythe worden bekeken en ontrafeld. De auteur doet ook suggesties om ànders te kijken naar de thematiek. Hij bouwt zijn redenering daarbij op aan de hand van concrete voorbeelden. Hij gebruikt geen theoretische of hoogdravende theorieën en hanteert geen theologisch jargon. Dat maakt het boek erg leesbaar voor iedere lezer; je hoeft geen academische of theologische achtergrond te hebben. Maar tegelijkertijd blijft het boek zo rijk dat het een nauwgezette lezing verdient.

Onenigheid of omarming?

Bij de lectuur van Religie herzien moest ik af en toe denken aan de prachtige song van Nick Cave, Into my arms. De eerste strofe luidt als volgt: “I don’t believe in an interventionist God. But I know, darling, that you do. But if I did I would kneel down and ask Him not to intervene when it came to you, not to touch a hair on your head, to leave you as you are, and if He felt He had to direct you then direct into my arms.”In deze song hebben een geseculariseerde man (hij gelooft niet in een God die kan tussenkomen hier op aarde) en een gelovige geliefde een liefdesrelatie. Dat lijkt me een mooi beeld: gelovige en geseculariseerde mensen, arm in arm. Er hoeft geen strijd of onenigheid te zijn tussen mensen met verschillende geloofsovertuigingen. Een prachtig beeld.

Je hoeft geen academische of theologische achtergrond te hebben. Maar tegelijkertijd blijft het boek zo rijk dat het een nauwgezette lezing verdient.

Ik ben dan ook blij met Religie herzien. Het hoeft inderdaad niet zo te zijn dat gelovigen en geseculariseerden voortdurend met elkaar in de clinch gaan. Een samenleving met gelovigen en niet-gelovigen kan perfect functioneren. Maar naar mijn aanvoelen leeft er een zekere vijandigheid rond religie vanuit de hoek van wie zichzelf als volledig ‘geseculariseerd’ ervaart (vrijzinnigen, humanisten, atheïsten). Geloof zou onnodig of zelfs ongepast zijn. Op sociale media hoor of zie je bijvoorbeeld soms de verzuchting: “Als er geen godsdienst / religie zou zijn, dan zou alles beter zijn, en zouden veel problemen verdwijnen…” Die vijandigheid wordt vaak ook onverschilligheid: in de mainstream-media is er bijvoorbeeld weinig of geen aandacht voor religieuze berichtgeving, behalve wanneer het over een geval van kindermisbruik in de kerk gaat, of over een opmerkelijke uitspraak van Paus Franciscus.

Morele paniek

Zelf beschouw ik mezelf eveneens als volledig geseculariseerd. Maar in de jaren ’70 en ’80 was ik actief bij MKK, de Maatschappij- en Kerkkritische Kristenen. (De afwijkende ‘progressieve’ spelling kenmerkt de tijdsgeest.) In Antwerpen was ik lid van een ‘basisgroep’, we kwamen regelmatig samen, lazen stukken van de Bijbel, waren geïnspireerd door de bevrijdingstheologie en we engageerden ons voor de vredesbeweging en de milieubeweging. Kortom: we kregen een gevoeligheid voor de krachtige beelden en de inspirerende aspecten van religieuze verhalen! Denk aan Mozes die voor de Farao staat: “Let my people go!”

De ‘basisgroepen’ deemsterden echter weg in de periode dat de pausen Johannes Paulus II en Benedictus XVI actief de bevrijdingstheologie bestreden. Op mijn netvlies staat nog steeds het beeld gebrand van Johannes Paulus II die met vermanende vingers de knielende dichter en Minister van Cultuur in de nieuwe Sandinistische regering, Ernesto Cardenal, tot de orde riep. Ernesto Cardenal werd als priester door het Vaticaan geschorst. Onder de huidige paus Franciscus zou er, vermoed ik, weer wat meer ruimte voor dergelijke basisbewegingen kunnen zijn, al heb ik nu geen voeling meer met die kringen. (Paus Franciscus heeft in februari 2019 alleszins de sanctie t.a.v. Ernesto Cardenal opgeheven.)

Het is mijn intuïtie dat andere ‘geseculariseerden’ geen notie meer hebben van wat ‘geloven’ betekent voor de gewone mens.

Die ervaring maakt dat ik sympathie heb voor ‘gematigde gelovigen’, om het even of het christenen of moslims zijn. Het is mijn intuïtie dat andere ‘geseculariseerden’ geen notie meer hebben van wat ‘geloven’ betekent voor de gewone mens, en dus ook weinig empathie voelen voor moslims of moslima’s… Als het thema ‘hoofddoek’ ter sprake komt, voel je niet meer of minder dan ‘morele paniek’ aan de rechterzijde van het politiek spectrum. Sommigen lijken te denken: “We waren eindelijk van het geloof verlost, nu krijgen we er weer mee te maken, via gemigreerde moslims.”

Religie en geweld

Vooral de zesde mythe die in Religie herzien besproken wordt, over de gevaarlijkheid van religie, speelt in dit kader een rol, en maakt mensen bang. De islam wordt nu eenmaal soms ‘fundamentalistisch’ geïnterpreteerd en via de media worden we geconfronteerd met de wandaden die door leden van de ‘Islamitische Staat’ of ‘Daesh’ gepleegd worden, en sommige verzen uit de Koran worden door sommige fanatici politiek misbruikt. Dit is voldoende voor rechtse politici om de hele Koran te beschouwen als een gevaarlijk boek, dat verboden moet worden. Aanhangers van Islamitische Staat zijn dus inderdaad gevaarlijke criminelen, die voor de rechter moeten worden gebracht en gevonnist. (Net zoals de joodse fanaticus die de premier van Israël Shimon Peres vermoordde, omdat hij de Oslo-akkoorden gesloten had met de Palestijnse leider Yasser Arafat. Of de christelijke fundamentalisten die dokters en verpleegkundigen doodschieten in hun ‘pro life’-fanatisme.)

Maar, zoals Slaats in zijn boek schrijft, staat religieus geweld zelden op zich. Het is steevast verbonden met politieke, sociale, culturele, militaire en economische factoren. Daarenboven is religie zeker niet louter een bron van geweld. De auteur geeft vele andere voorbeelden over hoe religie ook tot vrede kan leiden, of alleszins hoe religieuze figuren kunnen inspireren tot vredesinzet. Het gaat dan onder andere over 20ste-eeuwse figuren als Mahatma Gandhi en Martin Luther King. Maar ook in de middeleeuwen was er de figuur van Franciscus die tijdens een van de Kruistochten contact zocht met de sultan. Op blote voeten doorkruiste hij een woelig oorlogsgebied en verkreeg hij een audiëntie bij de sultan. Franciscus fungeert trouwens nog steeds als de patroonheilige van de interreligieuze dialoog.

Religie en wetenschap

Het blijkt allemaal veel minder een kwestie van een botsing tussen ‘irrationeel geloof’ en ‘rationele wetenschap’ dan velen veronderstellen.

Ook de vijfde mythe die het boek bespreekt, over de spanning tussen wetenschap en religie, is van cruciaal belang voor mijn visie op onderscheid gematigd geloof versus fundamentalistisch geloof. In een bepaalde kerk in Arkansas, Verenigde Staten, is men vast besloten om ook tijdens de corona-lockdown samen te bidden en vieringen te houden. Ze verzinnen zelfs nieuwe versies van hun geloof, om dit te onderbouwen: “Jesus died with Covid-19, so that you didn’t have to bear it.” Ook fundamentalistische moslims beweren dat het corona-virus enkel de ongelovigen zal treffen, en dat Allah de ware gelovigen zal beschermen. Maar daartegenover staat het beleid van de katholieke kerk die alle collectieve vieringen bant. We zagen allemaal dat Paus Franciscus in een zo goed als lege Sint-Pietersbasiliek de diensten van witte donderdag en Paaszaterdag opdroeg, en op Pasen ook in de lege basiliek de zegening ‘Urbi et Orbi’ uitsprak. Dit alles via streaming uitgezonden, zodat gelovigen het thuis kunnen volgen. Ook de ramadan zal dit jaar sober zijn. De iftar, de maaltijd na zonsondergang om het vasten te breken, zal slechts in de huiselijke kring gevierd mogen worden. Niet met grote gezelschappen, waarbij soms ook christenen werden uitgenodigd.

Dit respect voor de wetenschappelijke raadgevingen van virologen en experten inzake epidemieën en pandemieën bewijst dat de verantwoordelijken van de katholieke kerk en ook imams de juiste richtlijnen uitvaardigen die in een moderne staat verwacht worden. Uit Religie herzien blijkt dat dit eigenlijk niet hoeft te verwonderen. Toch wanneer je de geschiedkundige feiten van naderbij bekijkt. Het zal sommigen bijvoorbeeld verwonderen, maar de middeleeuwse katholieke kerk was wel degelijk een voorstander van rationeel, wetenschappelijk onderzoek. Meer nog, christelijke overwegingen vormden de basis voor de moderne wetenschappen. In veel oude christelijke teksten spreekt men over ‘het boek van de natuur’. Om God op het spoor te komen hoefde je niet per se naar de Bijbel grijpen, je kon ook trachten natuurfenomenen te doorgronden. Voor christelijke intellectuelen was het vanzelfsprekend om in hun beschouwingen over mens en wereld zowel de Bijbel als de natuur samen ‘te lezen’. In dit kader behandelt Slaats ook op een boeiende wijze de manier waarop religieuze instanties omgingen met de vraagstukken van het heliocentrisme en de evolutietheorie. Het blijkt allemaal veel minder een kwestie van een botsing tussen ‘irrationeel geloof’ en ‘rationele wetenschap’ dan velen veronderstellen.

Verheldering

Vanuit deze overwegingen lijkt het dan ook fout om samenlevingen waar religie nog een sterke rol speelt als minderwaardig te beschouwen. Het lijkt fout te denken dat de hele wereld moet seculariseren en dat alle mensen uit hun religieuze keurslijf moeten worden bevrijd. Een zekere balans tussen respect voor een religieuze traditie en ontvankelijkheid voor wetenschappelijke inzichten en moderne geneeskunde kan zonder twijfel nagestreefd worden. We kunnen nu eenmaal niet alle geloofsovertuigingen in één zak gooien en verwerpen. Ook gelovigen kunnen kiezen en opkomen voor een seculiere staat en de gewetensvrijheid om te geloven of niet te geloven.

Opnieuw: ik ben blij met Religie herzien. Het boek zal verhelderend zijn voor mensen die vragen hebben, bewust of onbewust, over de relatie tussen ‘religie’ en de ‘moderne samenleving’. Hopelijk zal ook de ‘vrijzinnige wereld’ in Vlaanderen dit boek met nieuwsgierigheid en interesse lezen.

 

**

Jonas Slaats, Religie herzien: Voorbij het wij-zij-denken van seculier versus religieus, Davidsfonds, 2020.

Dit artikel werd overgenomen van De Wereld Morgen.