Elias Khoury is een Libanese auteur en socioloog. Hij is geboren als christen in Ashrafiye in Beiroet. De plaats en het geloof waarin je geboren wordt zeggen vaak veel over de toekomst die je zal hebben en jammer genoeg ook over de kansen tot ontwikkeling die je krijgt. Libanon kent veel geloven en culturen die vandaag de dag in relatieve vrede met elkaar leven. Zeventien verschillende geloofsgemeenschappen worden er officieel erkend. De grootste bevolkingsgroepen zijn de soennieten, sjiieten en christenen. Met deze variëteit aan geloven is er ook een grote diversiteit aan etniciteiten. Er wonen Armeniërs, Koerden, Assyriërs en natuurlijk Palestijnen. Vaak zijn de verschillende geloven of etniciteiten gekoppeld aan een politieke partij. De Libanese president is steeds een christen, de eerste minister een soenniet en de parlementsvoorzitter een sjiiet.
Ondanks deze relatieve vrede kent de Libanese maatschappij en cultuur toch veel racisme en discriminatie. Wanneer je in het land een Afrikaanse man ziet, mag je er zo goed als zeker van zijn dat hij aan het schoonmaken is in een (fast-food)restaurant of gewoon op straat. Wanneer je een Afrikaanse vrouw of een jongedame uit de Filippijnen of Indonesië ziet, zal ze waarschijnlijk werken als huishoudster of kinderjuffrouw bij een Libanees gezin. Libanezen zijn opgevoed met deze verscheidenheid aan kaste en vinden het vanzelfsprekend en normaal.
Net zoals deze Afrikanen of Filippijnen in Libanon geen rechten of gelijkwaardig bestaan hebben, hebben ook de Palestijnen dit niet. Ze zijn geboren in Libanon en hebben hun eigen land, Palestina, nooit gezien en zullen dit waarschijnlijk ook nooit zien. Toch zullen ze nooit een volwaardig lid worden van de Libanese maatschappij. Er zijn verschillende Palestijnse vluchtelingenkampen in Libanon en veel bewoners komen er zelden buiten. Hun leven speelt zich binnen de grenzen van de kampen af, waar hun kansen tot ontwikkeling natuurlijk beperkt zijn. De vele smalle straatjes en hoge woonblokken herbergen hun eigen dokters, apotheken, winkels, scholen en moskeeën. Er zijn geen groene of open ruimtes te vinden en dagelijks worden er verdiepingen op de woonblokken bijgebouwd. De water- en elektriciteitsvoorziening is armoedig en kinderen spelen er tussen het afval. Sommige Palestijnen hebben het geluk buiten de kampen te leven en hebben een menswaardiger bestaan en meer bestaansmiddelen. Als zij de middelen hebben om hun kinderen te laten studeren in een universiteit van een behoorlijk niveau, zullen er na het afstuderen toch steeds ongeveer zeventig beroepen in Libanon zijn die ze niet mogen uitoefenen enkel en alleen omdat ze als Palestijn geboren zijn. Hun Palestijnse nationaliteit blijft ervoor zorgen dat ze geen evenwaardig lid van de maatschappij kunnen worden hoewel ze er dagelijks in leven en zullen moeten blijven leven. Ze kunnen immers niet terug naar Palestina verhuizen hoewel de meesten dit wel zouden willen, het is en blijft tenslotte hun land. Elias Khoury zelf is als jongeman geïnteresseerd geraakt in de Palestijnse zaak en heeft zich hiervoor sindsdien geëngageerd. Hij heeft gevochten aan de zijde van de Palestijnen tijdens de burgeroorlog in Libanon in 1975 en was actief in de PLO (Palestinian Liberation Front) van Yasser Arafat. Hoewel deze overtuiging niet evident is voor een Libanese jongeman zegt hij dat het zijn plicht is. Hij vindt het vanzelfsprekend dat hij deze mening is toegedaan. Zijn omgeving en zelfs zijn familie heeft het gevoel dat hij Palestijn is door de vele acties die hij ondernam in het verleden en heden, in het voordeel van de Palestijnse zaak. Hij heeft de stem van de Palestijnen in Libanon hoorbaar gemaakt maar ziet het niet als ‘helpen’. Hij houdt van hen maar heeft niet het gevoel dat hij hen helpt. Helpen ziet hij eerder als het werk van een sociale werker maar niet van een schrijver. “Poort van de zon” is een boek dat vertelt over het leven en de geschiedenis van het Palestijnse volk. Elias Khoury vertelt het verhaal van Khaliel, die als verpleger werkt in het ziekenhuis van Shatila. Shatila is een Palestijns vluchtelingenkamp in Beiroet. Het Shatila-kamp is jammer genoeg vooral bekend van de slachting die er plaatsvond in 1982. De christelijk-Libanese falangisten hebben er naar schatting 700 tot 3500 Palestijnen uit de kampen vermoord. De cijfers van de schatting lopen sterk uiteen maar over het algemeen gaat men ervan uit dat er duizenden slachtoffers zijn gevallen in slechts drie dagen. Doorheen de Libanese geschiedenis zijn er jammer genoeg vaak oorlogen en gevechten geweest met een religieuze oorsprong. Het personage uit het boek, Joenies, verblijft in het ziekenhuis in Shatila en ligt in coma. Khaliel wil Joenies tot leven wekken door hem zijn eigen levensverhaal terug te vertellen. Dit verhaal gaat vooral over de liefde die er heerst tussen Joenies en diens vrouw Nahiela. Joenies is uit Palestina gevlucht en mocht er later niet meer terug binnen. Zijn vrouw Nahiela is destijds daar gebleven en kon zich daarna niet meer bij haar man vervoegen. Ze ontmoeten elkaar stiekem in de Baab as-sjams (zonnepoort). Door de lezer mee te slepen in het liefdesverhaal van Joenies en Nahiela vertelt de schrijver ons over de strijd van het Palestijnse volk en over ruim dertig jaar Palestijnse en Libanese geschiedenis. Het boek is zeker een aanrader en geeft de lezer op een boeiende manier meer inzicht in de geschiedenis van het Palestijnse volk en hun leven in Libanon. Aan de hand van het persoonlijk verhaal van Joenies krijgt men meer begrip voor de dagelijkse kommer en kwel die een vlucht uit het thuisland met zich meebrengen. De lezer wordt meegesleept in het leven van de personages en leert Libanon en het Palestijnse volk kennen van op de eerste rij door een verhaal dat zeker ieders hart zal raken!
Ondanks deze relatieve vrede kent de Libanese maatschappij en cultuur toch veel racisme en discriminatie. Wanneer je in het land een Afrikaanse man ziet, mag je er zo goed als zeker van zijn dat hij aan het schoonmaken is in een (fast-food)restaurant of gewoon op straat. Wanneer je een Afrikaanse vrouw of een jongedame uit de Filippijnen of Indonesië ziet, zal ze waarschijnlijk werken als huishoudster of kinderjuffrouw bij een Libanees gezin. Libanezen zijn opgevoed met deze verscheidenheid aan kaste en vinden het vanzelfsprekend en normaal.
Net zoals deze Afrikanen of Filippijnen in Libanon geen rechten of gelijkwaardig bestaan hebben, hebben ook de Palestijnen dit niet. Ze zijn geboren in Libanon en hebben hun eigen land, Palestina, nooit gezien en zullen dit waarschijnlijk ook nooit zien. Toch zullen ze nooit een volwaardig lid worden van de Libanese maatschappij. Er zijn verschillende Palestijnse vluchtelingenkampen in Libanon en veel bewoners komen er zelden buiten. Hun leven speelt zich binnen de grenzen van de kampen af, waar hun kansen tot ontwikkeling natuurlijk beperkt zijn. De vele smalle straatjes en hoge woonblokken herbergen hun eigen dokters, apotheken, winkels, scholen en moskeeën. Er zijn geen groene of open ruimtes te vinden en dagelijks worden er verdiepingen op de woonblokken bijgebouwd. De water- en elektriciteitsvoorziening is armoedig en kinderen spelen er tussen het afval. Sommige Palestijnen hebben het geluk buiten de kampen te leven en hebben een menswaardiger bestaan en meer bestaansmiddelen. Als zij de middelen hebben om hun kinderen te laten studeren in een universiteit van een behoorlijk niveau, zullen er na het afstuderen toch steeds ongeveer zeventig beroepen in Libanon zijn die ze niet mogen uitoefenen enkel en alleen omdat ze als Palestijn geboren zijn. Hun Palestijnse nationaliteit blijft ervoor zorgen dat ze geen evenwaardig lid van de maatschappij kunnen worden hoewel ze er dagelijks in leven en zullen moeten blijven leven. Ze kunnen immers niet terug naar Palestina verhuizen hoewel de meesten dit wel zouden willen, het is en blijft tenslotte hun land. Elias Khoury zelf is als jongeman geïnteresseerd geraakt in de Palestijnse zaak en heeft zich hiervoor sindsdien geëngageerd. Hij heeft gevochten aan de zijde van de Palestijnen tijdens de burgeroorlog in Libanon in 1975 en was actief in de PLO (Palestinian Liberation Front) van Yasser Arafat. Hoewel deze overtuiging niet evident is voor een Libanese jongeman zegt hij dat het zijn plicht is. Hij vindt het vanzelfsprekend dat hij deze mening is toegedaan. Zijn omgeving en zelfs zijn familie heeft het gevoel dat hij Palestijn is door de vele acties die hij ondernam in het verleden en heden, in het voordeel van de Palestijnse zaak. Hij heeft de stem van de Palestijnen in Libanon hoorbaar gemaakt maar ziet het niet als ‘helpen’. Hij houdt van hen maar heeft niet het gevoel dat hij hen helpt. Helpen ziet hij eerder als het werk van een sociale werker maar niet van een schrijver. “Poort van de zon” is een boek dat vertelt over het leven en de geschiedenis van het Palestijnse volk. Elias Khoury vertelt het verhaal van Khaliel, die als verpleger werkt in het ziekenhuis van Shatila. Shatila is een Palestijns vluchtelingenkamp in Beiroet. Het Shatila-kamp is jammer genoeg vooral bekend van de slachting die er plaatsvond in 1982. De christelijk-Libanese falangisten hebben er naar schatting 700 tot 3500 Palestijnen uit de kampen vermoord. De cijfers van de schatting lopen sterk uiteen maar over het algemeen gaat men ervan uit dat er duizenden slachtoffers zijn gevallen in slechts drie dagen. Doorheen de Libanese geschiedenis zijn er jammer genoeg vaak oorlogen en gevechten geweest met een religieuze oorsprong. Het personage uit het boek, Joenies, verblijft in het ziekenhuis in Shatila en ligt in coma. Khaliel wil Joenies tot leven wekken door hem zijn eigen levensverhaal terug te vertellen. Dit verhaal gaat vooral over de liefde die er heerst tussen Joenies en diens vrouw Nahiela. Joenies is uit Palestina gevlucht en mocht er later niet meer terug binnen. Zijn vrouw Nahiela is destijds daar gebleven en kon zich daarna niet meer bij haar man vervoegen. Ze ontmoeten elkaar stiekem in de Baab as-sjams (zonnepoort). Door de lezer mee te slepen in het liefdesverhaal van Joenies en Nahiela vertelt de schrijver ons over de strijd van het Palestijnse volk en over ruim dertig jaar Palestijnse en Libanese geschiedenis. Het boek is zeker een aanrader en geeft de lezer op een boeiende manier meer inzicht in de geschiedenis van het Palestijnse volk en hun leven in Libanon. Aan de hand van het persoonlijk verhaal van Joenies krijgt men meer begrip voor de dagelijkse kommer en kwel die een vlucht uit het thuisland met zich meebrengen. De lezer wordt meegesleept in het leven van de personages en leert Libanon en het Palestijnse volk kennen van op de eerste rij door een verhaal dat zeker ieders hart zal raken!