Het zwarte goud van de arbeidsmarkt

Ons communicatiebedrijf heeft enkele maanden geleden een etnomarketingafdeling opgericht.
Het zwarte goud van de arbeidsmarkt

De 2.300.000 allochtonen in ons land vormen anno 2010 niet alleen een commercieel interessante consumentengroep, maar zijn tegelijk een onontgonnen kweekvijver van talent, ambitie, talenkennis en etno-expertise voor de Vlaamse arbeidsmarkt. Wie dat niet ziet, is ... kleurenblind.

 

Deze afdeling houdt zich bezig met diversiteitscommunicatie, in het bijzonder naar allochtonen. We vonden het een goed idee (eigenlijk een must) om van bij de start allochtonen te betrekken bij ons project. En dus lanceerden we, via een honderdtal mailadressen, een oproep aan "personen met affiniteiten met één of meerdere allochtone gemeenschappen in ons land" om bij ons stage te komen lopen.

De respons was groot, zowel van Nederlandstaligen als Franstaligen, het merendeel allochtonen met een Marokkaanse achtergrond. Dat verbaasde ons niet echt, want stage lopen bij een reclamebureau is nog steeds "cool". Wat ons daarentegen wel met verstomming sloeg, was het niveau van de kandidaten.

Nooit heb ik zo veel enthousiaste, uiterst gemotiveerde, veeltalige kandidaten voor een job (laat staan voor een stage) geïnterviewd. Daar waren studenten bij, maar ook oudere personen met meerdere diploma's en competenties. Daar waren ook personen bij die qua expertise en ervaring met bepaalde onderdelen van interculturele communicatie verder stonden dan wijzelf.

Ik vond het gênant om velen onder hen niet meteen een vaste baan te kunnen aanbieden. Want dat verdienden ze wel, op grond van objectieve criteria. Het deed me ook eens te meer inzien dat er iets fundamenteel scheef zit op onze arbeidsmarkt. Ik zou dan ook willen zeggen: Vlaamse bedrijven, word wakker! Niet discrimineren is één ding, het Olympisch minimum. Maar durf verder te gaan, en ontdek de manifeste voordelen van het aanwerven van personen met een andere etnisch-culturele achtergrond!

Redenen te over. 1) Hun extra gemotiveerdheid en ambitie, bijvoorbeeld. Zo kiezen vele Turkse Belgen aan de Universiteit van Hasselt (een klant van ons bedrijf) systematisch voor de meest "prestigieuze" studierichtingen. 2) Hun insidekennis van en voeling met een steeds groter wordend deel van onze bevolking. Volgens socioloog Jan Hertogen (Le Soir 17 november) telt België momenteel 623.000 moslims, om maar één groep te noemen. 3) Hun veeltaligheid: naast Nederlands kennen ze vaak ook feilloos Frans, Arabisch, Turks, enz. 4) Hun (soms) andere kijk op de dingen. Waarom zijn topbedrijven als Google, IBM, Ikea, enz. zo veelkleurig? Omdat de botsing van verschillende achtergronden creativiteit en innovatie stimuleert.

De recente campagne van Jobkanaal "Diversiteit op de werkvloer werkt" is een mooi sensibiliseringsinitiatief. Maar het zal vooral de reeds overtuigde bedrijfsleiders aanspreken, vrezen we. Meer is nodig. Persoonlijk vinden wij het perspectief van Karel Van Eetvelt en Peter Leyman in De Standaard van 16 november beter.

Zij wijzen op het eigenbelang van niet-discriminatie. En eigenbelang is - of je het nu wil of niet - in het bedrijfsleven een betere drijfveer dan warme gevoelens voor de medemens. Ons bedrijf doet ook niet aan etnomarketing om de wereld te verbeteren, maar om onszelf te verbeteren.

Deze banalisering van niet-discriminatie is volgens ons op het terrein doeltreffender dan het moraliserende en vaak miserabilistische discours van menig wereldverbeteraar. Allochtonen (sorry voor dit on-woord) willen niet geholpen of geprivilegieerd worden, maar gerespecteerd in hun objectieve waarde.

Wat houdt bedrijvenkoepels als Agoria, VBO, Voka, Unizo, Verso, VKW, de Kamers van Koophandel, enz. tegen om resoluut en onverbloemd hun lidbedrijven te wijzen op het onontgonnen zwarte goud dat op de arbeidsmarkt zomaar voor het oprapen ligt? Om hen te wijzen op de objectieve meerwaarden van werknemers met een andere etnisch-culturele achtergrond? Er moet hierover niet zozeer gesensibiliseerd worden, maar geïnformeerd. Met kennis van zaken. Want communiceren met allochtone doelgroepen is complex, maar communiceren over allochtonen met autochtone doelgroepen is dat evenzeer. Ook dat is etnomarketing.

Wat doen de bedrijvenkoepels overigens actief naar allochtone doelgroepen? Weten zij waar ze ze kunnen bereiken, via welke specifieke kanalen? En hoe ze ze moeten aanspreken (als dat al afwijkt van de norm)? Er zijn momenteel duizenden informatici en andere technologische profielen tekort in de industrie. Waarom verleiden we jonge studenten niet massaal, onder meer via een aantal etnische media, om te kiezen voor een technologische opleiding? Gastarbeiders hebben onze industrie vorige eeuw al eens gered; misschien moeten hun Belgische nakomelingen vandaag maar weer hetzelfde doen?

Kortom, als etnomarketingbureau zien wij zoveel mogelijkheden om uit de impasse te geraken, door op een volwassen, taboeloze, niet-ideologische en vakkundige manier met en over allochtonen te communiceren. Door allochtonen als volwaardige participanten aan het consumptie- en productieproces te behandelen. De 2.300.000 allochtonen in ons land vormen anno 2010 niet alleen een commercieel interessante consumentengroep, maar zijn tegelijk een onontgonnen kweekvijver van talent, ambitie, talenkennis en etno-expertise voor de Vlaamse arbeidsmarkt. Wie dat niet ziet, is ... kleurenblind.