Om de wildgroei te beteugelen, legt de stad strenge voorwaarden op.
De voorbije jaren schoten waterpijplounges of shishabars als paddestoelen uit de grond. Het rookverbod nekt ze nu bijna allemaal. 'Het is alsof je een Vlaming zijn pintje zou afpakken.'
Op vrijdag 1 juli is de Belgische horeca in een nieuwe, rookvrije werkelijkheid ontwaakt, maar in Lounge Affandina sloeg het middernacht alsof er niets aan de hand was. Affandina is een populaire waterpijp- of shishabar in hartje Gent, op vijftig meter van het Gravensteen. 'Ik had er nog niet bij stilgestaan dat het rookverbod ook op de waterpijp van toepassing zou zijn', zegt Stijn (30). Hij zit in een van de lage, Arabische zetels van de lounge. Voor hem staat een sierlijke waterpijp, gevuld met tabak met aardbeiensmaak. Zijn vriendin Tine (28) verkiest appelsmaak. 'Ik heb de waterpijp op vakantie in Jordanië ontdekt', zegt Stijn. 'Sindsdien spreek ik regelmatig met vrienden af om een shisha'ke te doen. Het is lekkerder dan een sigaret, en ook socialer. En je voelt je terug een beetje op reis.'
Een avondvullende verwennerij, zo noemt Tine de waterpijp. Je bent al snel een uurtje zoet met een shisha. Bovendien, zegt ze, is de Affandina Lounge integratie in de praktijk. 'Iedereen heeft de mond vol over melting pot. Hier is dat realiteit. Iedereen komt hier over de vloer.'
Dat blijkt te kloppen, als ik naar de hogere verdiepingen wandel. In Affandina komen niet alleen autochtonen en allochtonen, maar stappen ook moslimmeisjes vlot over de drempel. Op de eerste verdieping delen de zussen Gülsan (27), Nilüfer (20) en Yasemin (19) Gok de waterpijp, met aardbei- en kokossmaak. De twee oudste zijn getrouwd. 'Maar we hebben moderne mannen. We mogen van hen alleen uitgaan. Eerst zijn we iets gaan eten, en daarna roken we graag een shisha. Zoals op vakantie in Turkije.'
Nog een verdieping hoger tref ik de Tunesische zusjes Hanane (30) en Myriam (24) aan, die aan de praat zijn een Congolese jongen. 'Ik rook niet', zegt Hanane, 'maar shisha is anders. Het is lekkerder en - denk ik toch - gezonder. In Tunesië zie je niet anders. Zoals jullie op café zitten, gaan wij shisha roken. Het brengt een stukje Tunesië naar Gent.'
Ongezond
Abdellah Mouilki (21) opende de Affandina Lounge in oktober 2010. Hij neemt me mee naar de keuken waar zijn vriend Jamal Ramkddah de waterpijpen klaarmaakt. Jamal laat me de tabak zien; het is een vochtig prakje met een scherpe muntgeur. Ik leer dat shishatabak geïmpregneerd is met vloeibare stroop of suiker met fruitsmaak. Jamal legt wat tabak in een keramieken schoteltje, en plaatst dat bovenaan op de pijp. De tabak wordt afgedekt met zilverpapier, waarop gloeiende kooltjes worden gelegd. Het is niet de bedoeling dat de tabak verbrandt, wel dat de geparfumeerde rook vrijkomt. Voor je die inademt, wordt de rook gefilterd door het water in de glazen stolp onderaan in de pijp. Inhaleren is uit den boze.
Maar gezond is het niet, waarschuwt de Nationale Coalitie tegen Kanker. In tegenstelling tot wat velen denken, houdt het water teer en koolmonoxide niet tegen, en de nicotine maar gedeeltelijk. Een sessie met de waterpijp zou even ongezond zijn als het roken van twee pakjes sigaretten. Het rookverbod is dus ook op de shishabars van toepassing.
'We zien wel', reageert Abdellah op mijn vraag hoe het nu verder moet. 'Toen ik de zaak opende, zorgde ik ervoor dat ik met alle regels in orde was. Ik serveer geen alcohol en heb bewust voor een plek in het centrum gekozen om een beter en gemengd publiek aan te trekken. Ik had er totaal geen idee van dat het rookverbod al in juli in voege zou treden. Iedereen sprak van 2014.'
Abdellah wil niet vertellen hoeveel hij heeft geïnvesteerd, maar de huur alleen al van een handelspand op zo'n toplocatie moet een fortuin kosten. 'Het rookverbod is voor ons een ramp, want shisha is onze reden van bestaan. Mensen gaan niet op café om te roken, maar om iets te drinken. Onze klanten komen speciaal om te roken. Shisha verbieden is alsof je een Vlaams café zou verbieden om bier te schenken.'
Wildgroei
De voorbije jaren schoten vooral in Antwerpen de shishabars als paddestoelen uit de grond. Om de wildgroei te beteugelen, legt de stad strenge voorwaarden op. Een daarvan is dat de bar een vergunning moet hebben voor het schenken van sterkedrank. Onbegrijpelijk, zegt Moumen Chennouf (41) van shishabar Al Mashrabia, dat in 2008 de deuren opende. 'Niemand drinkt hier alcohol.' Om toch aan de exploitatievoorwaarden te voldoen, heeft hij nu een fles whisky in de koelkast liggen. Het zijn pesterijen, vindt Moumen.
'Shishabars zijn zogezegd 'imagoverlagende' handelszaken, en dus is het stadsbestuur ons liever kwijt dan rijk. Nu besef ik ook wel dat sommige bars het niet nauw nemen met de regels. Maar ze scheren ons allemaal over dezelfde kam. De waterpijp heeft een slechte reputatie, omdat alles wat allochtonen doen nu eenmaal wantrouwig wordt bekeken. Veel mensen associëren de waterpijp ook met drugs. Ten onrechte. Shisha is gewoon fruittabak.'
Al Mashrabia is een van de drie shishabars op de Turnhoutsebaan die begin vorige maand door de administratie en de politie werden gesloten. De sluiting was geen gevolg van de voetbalrellen, beklemtoonde de stad Antwerpen, maar de eigenaars ervoeren dat anders. 'We worden geviseerd', zegt Moumen. 'Maar als je de bars begint te straffen voor alles wat op straat misloopt, kun je even goed alle voetbalstadions sluiten. Trouwens, waar moeten de jongeren heen als je de shishabars sluit? Op straat rondhangen?'
Moumens boosheid is nog niet verdwenen, maar hij gooit de handdoek niet in de ring. Tegen 15juli wil hij zijn shishabar opnieuw openen. Vandaag is Al Mashrabia een bouwwerf. Om aan de rookwet te voldoen, moet Moumen Chennouf een afgesloten ruimte hebben die maximaal een kwart van zijn bar beslaat. 'Voor kleine zaken betekent die regel de doodsteek. Ik beschik gelukkig over 280 m² handelsruimte. Ik kan mijn rookkamer achteraan bouwen.'
Minder concurrenten betekent meer klanten voor Al Mashrabia, werp ik op. 'Maar waar moet ik ze zetten? In de praktijk zal driekwart van mijn bar leeg zijn, en zal ik in mijn rookruimte plaats te weinig hebben.'
Dezelfde zorgen hebben Omar Freyhat en Jamal El Haoual van Chicha Lounge Bar Layali, op het Zand, pal in het toeristische centrum van Antwerpen. Die ligging straalt af op de sfeer in de bar. Mijn komst oogst hier geen wantrouwige blikken en tussen de gasten zitten verscheidene jonge vrouwen. In een hoek lurkt Mounir met zijn liefje Rahma en drie jeugdvrienden van de waterpijp. 'Na het voetbal komen we regelmatig een shisha roken. Op vrijdag- en zaterdagavond speelt hier een orkest en wordt er gedanst. In discotheken worden we buiten gekeken, hier kunnen we onszelf zijn.' De pijp gaat van hand tot hand. Om beurten blazen de jongens een dikke wolk met aardbeiengeur uit. 'Relaxen, een klapke doen, een kaartje leggen, dat is shisha. In tegenstelling tot een sigaret, rook je een waterpijp je nooit alleen. Het is gedeeld plezier.'
Traditie
'Het is ook deel van onze cultuur', zegt eigenaar Omar Freyhat, die uit Jordanië komt. 'Ik heb mijn vader en grootvader altijd de waterpijp zien roken. Die traditie is honderden jaren oud.' Het waren de Ottomanen die de waterpijp in het Midden-Oosten verspreiden. Tot in Tunesië is de shisha algemeen ingeburgerd. In Marokko, daarentegen, kent de waterpijp pas de laatste jaren een opmars. 'Mijn ouders weten niet dat ik hier zit', geeft Mounir toe. 'Ze zouden het niet graag hebben.' Ook vrome moslims zijn niet opgetogen met de vele shishabars in Antwerpen. In hun ogen is de waterpijp haram, verboden. 'Die kerels willen alles verbieden', reageert uitbater Jamal. 'Laat mensen toch zelf beslissen hoe ze hun geloof beleven.'
Jamal is er trots op dat zijn bar jongens en meisjes, autochtoon en allochtoon, toerist of Antwerpenaar rond de waterpijp samenbrengt. Maar ook hij zal noodgedwongen zijn rookruimte tot eenvierde van de oppervlakte moeten beperken. 'Shisha is onze broodwinning. Mensen komen hier niet om te drinken, maar om gezellig te chillen rond de waterpijp. Wie binnen komt, daarvoor. En nu pakken ze ons dat af.'
‘dit artikel verscheen op 2 juli 2011 in De Standaard’