Het probleem is gekend. Pertinente beleidsvoorstellen blijven uit.
Uit een recente studie van de International Labour Organization (ILO) blijkt dat vrouwen wereldwijd gemiddeld meer uren per dag werken dan mannen, respectievelijk 8:09 en 7:36 uur. Het werk dat vrouwen verrichten wordt echter nog altijd minder gewaardeerd en slechter verloond, als het al betaald wordt, ook in Vlaanderen. Dit geldt in de eerste plaats voor het werk van vrouwen met een migratieachtergrond.
Uit een recent afgesloten actieonderzoek van ella vzw over de ervaringen van vrouwen met een migratieachtergrond op de Vlaamse arbeidsmarkt blijkt dat zij discriminatie als eerste verklaring voor hun geringe kansen op de Vlaamse betaalde arbeidsmarkt naar voren schuiven, naast het gekende combinatieprobleem (betaald werk versus onbetaalde arbeid) dat veel zwaarder doorweegt op vrouwen in precaire posities omdat zij veel minder financiële middelen hebben om dat op te lossen.
Vrouwen met een migratieachtergrond worden niet enkel gediscrimineerd omwille van hun etniciteit-ras, taal, religie/levensbeschouwing, nationaliteit en/of verblijfsstatuut maar stoten daarnaast op drempels vanwege hun vrouw-zijn. Hun achtergestelde positie is vaak het resultaat van meervoudige discriminatie en racisme waar het Vlaamse systeem niet op is ingericht en die momenteel niet behandeld worden. De gevolgen van dit systeem zijn zorgwekkend. In 2013 had slechts 33% van de Vlaams-Turkse en Vlaams-Marokkaanse vrouwen een betaalde job. Betaald werk is idealiter een krachtig middel tegen armoede en een katalysator voor individuele sociale rechten. Als betaald werkende vrouw sta je financieel sterker na een relatiebreuk of scheiding.
Betaald werk is bovendien een sociaal recht. Daarnaast vervult werk vele andere functies in onze maatschappij. Betaald werk is een belangrijke pijler geworden van onze identiteit: wie werkt bestaat, participeert en consumeert. Geen werk hebben leidt veelal tot armoede – veel uitkeringen duiken na verloop van tijd onder de armoedegrens –die zich uit in slechte behuizing, een broze fysieke en mentale gezondheid, permanente stress, eenzaamheid, minderwaardigheidsgevoelens, ontwikkelingsproblematieken bij kinderen, et cetera.
De zorgwekkende arbeidsmarktpositie van vrouwen met een migratieachtergrond in Vlaanderen wordt met de regelmaat van de klok gelaakt, in december 2015 nog door de partijvoorzitster van Open VLD Gwendolyn Rutten. Toch wordt er geen tewerkstellingsbeleid gevoerd dat gericht is op de verbetering van hun positie, en dit hoewel de cijfers gekend zijn. Politici wijzen vrouwen met de vinger zonder de hand in eigen boezem te steken. Culturaliserende stereotypen worden opgeworpen om de aandacht te vestigen op de onwil en onkunde van de Ander. Zolang het aan de ‘allochtone’ vrouwen zelf en ‘hun cultuur’ ligt, hoeft men zichzelf immers niet in vraag te stellen en blijven de eigen privileges onaangetast. Praktijktesten? Ach, wij zullen onszelf wel reguleren en nauwgezet de status quo bewaken.
Vrouwen met een migratieachtergrond zijn dan wel ondervertegenwoordigd op de betaalde arbeidsmarkt, stilzitten doen ze allerminst. Zij nemen bovengemiddeld veel onbetaalde sociale en zorgarbeid op. Zij houden het huishouden draaiende, zorgen voor kinderen en andere familieleden en zijn niet zelden zeer actief in het verenigingsleven. Al dit werk wordt echter niet gezien of gevaloriseerd, en dit versterkt de stereotiepe beeldvorming van vrouwen met een migratieachtergrond als inactief en ongeëmancipeerd. Het werk dat zij opnemen genereert in veel gevallen geen inkomen en wordt niet gelijkgesteld; het is monetair ‘waarde’loos.
Ella roept op om van discriminatie en racisme iets onduldbaar te maken. Dat is mogelijk: praktijktesten kunnen ingevoerd worden, we kunnen morgen beslissen om het hoofddoekenverbod af te schaffen en wij kunnen als samenleving kiezen voor een werkelijk inclusief tewerkstellings- en diversiteitsbeleid dat rekening houdt met de meervoudige in- en uitsluitingsmechanismen waar vrouwen met een migratieachtergrond mee geconfronteerd worden. Nu enkel nog de politieke wil en voldoende daadkracht. Als wij in het arbeidsmarktbeleid vertrekken vanuit de problemen en noden van vrouwen met een migratieachtergrond dan leidt dat uiteindelijk tot een inclusiever beleid voor iedereen. Diversiteit is realiteit. Hoog tijd dat onze instituties en structuren daar ook visionair notie van geven.
Het onderzoeksrapport ‘Anders gaan werken: vrouwen met een migratieachtergrond op de Vlaamse arbeidsmarkt’ van ella vzw is beschikbaar via de website: www.ellavzw.be