Een antwoord aan Chokri

Een correct verstaan van de openbaring is de sleutel tot het overleven van de islam (in Europa). In dit artikel worden drie interpretatiemethoden voorgesteld, elk met hun eigen mogelijkheden en moeilijkheden.
Door: Sameer - 18/06/2012 - 17:42
Een antwoord aan Chokri

Het ontwikkelen van een 'Westers gecontextualiseerde', maar nog steeds oprechte en authentieke islam, zal met andere woorden afhangen van een correcte en authetieke interpretatie van de openbaring.

 

Moslims kunnen bepaalde elementen uit hun identiteit niet ontkennen, willen zij moslim blijven. Centraal in de islamitische identiteit staat het geloof in de openbaring. Het ontwikkelen van een 'Westers gecontextualiseerde', maar nog steeds oprechte en authentieke islam, zal met andere woorden afhangen van een correcte en authetieke interpretatie van de openbaring. De openbaring kan op verschillende wijzen worden gelezen; er zijn verschillende strategieën om aan een tekst zijn betekenis te ontlokken. Hieronder onderscheiden we er drie.

In de eerste plaats kan men een tekst ' letterlijk' lezen. Dat betekent dat de lezer volledige abstractie maakt van de historische omstandigheden waarin de tekst werd geopenbaard en tot stand kwam. Bij een letterlijke lezing kunnen grote vraagtekens worden geplaatst. Het is immers zonder meer duidelijk dat sommige teksten (ook) bedoeld waren om richting te geven aan concrete mensen in hun concrete, historisch gedetermineerde situatie. De erkenning hiervan doet in het geheel geen afbreuk aan de overtuiging dat de tekst ook een universeel menselijke betekenis heeft en voor alle tijden werd geopenbaard. De letterlijkste lezing, los van historische context, is schijnbaar de makkelijkste; men hoeft er immers niet bij na te denken. Zo' n lezing heeft echter twee grote nadelen: 1) Een letterlijke lezing en toepassing van de tekst plaatst de gelovige terug in het verleden en isoleert hem of haar van het werkelijke leven, dat zich altijd in het hier en nu afspeelt. 2) Ook wie meent de tekst 'letterlijk' te kunnen lezen, brengt eigen interpreties aan. Dat nu eenmaal is onvermijdelijk. Het gevaar van een letterlijke lezing is dus dat men blind dreigt te blijven voor deze eigen interpretaties. Wie beweert letterlijk te lezen, hoopt hiermee zich aan de discussie te kunnen ontrekken en de wereld met geweld de zelf geconstrueerde betekenissen te kunnen opleggen.

Naast de letterlijke manier van lezen, is er nog een tweede interpretatiemethode, die bijvoorbeeld Tariq Ramadan lijkt voor te staan: een 'principiële' lezing van de openbaring. Uit de tekst worden dan een aantal 'principes' afgeleid die men vervolgens op het dagelijkse leven probeert toe te passen. De principiêle lezing is moeilijker, omdat er een vertaalslag nodig is tussen de letterlijk geïnterpreteerde tekst en de daaruit afgeleide principes. Als men bijvoorbeeld leest in een tekst dat dochters maar recht hebben op de helft van het aandeel van zonen in een erfenis, dan is het makkelijk ervoor te pleiten dat een dergelijke regel 'letterlijk' in het huidige erfenisrecht zou worden opgenomen. Veel moeilijker is het om deze regel te lezen tegen de historische achtergrond waarin vrouwen oorspronkelijk helemaal geen erfrechten hadden. Uit die contextualisering kan vervolgens het PRINCIPE worden afgeleid dat de gemeenschap, die de tekst als richtinggevend beschouwt, ernaar dient te streven om vrouwen meer rechten te geven, gaande in de richting van een uiteindelijke rechtsgelijkheid. Dit vraagt uiteraard (historische) kennis, onderscheidingsvermogen en gezond verstand, en de bereidheid om een discussie over de tekst aan te gaan zonder dat de uitkomst al vooraf vaststaat en met geweld kan worden opgelegd. Het nadeel van een 'principiële' lezing is natuurlijk dat sommigen zich zouden kunnen gaan afvragen waarom men de tekst (de openbaring) uiteindelijk nog nodig heeft. Als we immers de principes eenmaal uit de tekst hebben gedistilleerd, en we tot de vaststelling zijn gekomen dat we onze principes delen met christenen of atheïsten, kunnen we (zo denken misschien anderen) ook zonder de tekst. Dat argument snijdt natuurlijk maar ten dele hout. Het is immers hoogst twijfelachtig dat de principes, die we uit de openbaring kunnen afleiden, zonder meer dezelfde zijn als die van ongelovigen.

Maar goed, er is nog een derde mogelijkheid voor het omgaan met de tekst, naast de letterlijke en de principiële methode. We noemen dit de 'paradigmatische' interpretatie. In deze context is een paradigma geen letterlijk te nemen regel of een principe, maar de beschrijving van een levenssituatie in al haar concreetheid. Die beschrijvingen (van mensen, zorgen, conflicten, lokale gebruiken, emoties, bezorgdheden, enzovoort) vinden we in de tekst en in de traditie. De tekst en de traditie communiceren een cultuur. Elementen uit die cultuur (bijvoorbeeld leefregels) kunnen niet zonder meer uit hun inbedding worden losgerukt en blindelings op onze huidige situatie worden toegepast. Dat zou erop neerkomen dat men de openbaring geweld aandoet. Het verhoogt zeer sterk de kans op misbruik van de tekst voor al te kortzichtige menselijke (politieke en psycholgische) behoeften. Anderzijds kan men de rijkheid aan detail en concreetheid van de boodschap en haar historische inbedding ook niet reduceren tot een aantal bloedeloze principes. Het gaat er immers niet om 'principes' uit de tekst af te leiden die men vervolgens als een soort eeuwige en zeer abstracte richtlijnen aan iedere situatie gaat opdringen. Dat zou te zeer een zaak van het verstand zijn, een al te ideêle en 'Platonische' strategie. De boodschap dreigt zo te verworden tot een harde, liefdeloze reeks van haast wiskundig aandoende axioma's waaruit de taal en stem van de Ene is verdwenen, aangezien zij door menselijk deduceren en redeneren is 'uitgezuiverd'. De paradigmatische methode vraagt natuurlijk, net als de principiële interpretatie, ook "kennis, onderscheidingsvermogen en gezond verstand, en de bereidheid om een discussie over de tekst aan te gaan". Bijkomend is nog nodig: geduld, nederigheid, spiritualiteit en de creativiteit om toe te laten dat 1) de tekst alle lagen van het wezen van de gelovige doordringt, dus ook zijn of haar hart en ziel, 2) de gelovige het inzicht en de (poëtische) taal verweeft om de betekenis van de tekst overtuigend en enthousiasmerend aan anderen te communiceren, 3) de gelovige steeds weer erkent dat, ook al.is de tekst helder, zijn of haar begrip ervan waarschijnlijk faalt.

Een lezer die de tekst paradigmatisch leest, zal diep doordrongen geraken van het respect en de eerbied van de Profeet (gzh) voor de vrouwen in zijn leven, zal verwonderd staan over de belangrijke rol die zij voor de jonge islamitische gemeenschap speelden, en zal zijn of haar handelen hierop afstemmen. Het ontwikkelen en leren van de paradigmatische reflex in het omgaan met de tekst is een noodzakelijke voorwaarde om het geloof aan de Ene levend te houden en in dat geloof trouw te blijven aan de traditie.

 

Lees hier het artikel van Chokri Ben Chikha
Lees hier andere reacties