Heeft een mens de Vlaamse Leeuw nodig om zich verbonden te voelen met Vlaanderen?

Naar aanleiding van 11 juli en het initiatief Flamigrant dat gelanceerd werd door Jamila Channouf en de Gentse Lente, werden vier mensen “met een andere etnische achtergrond” geïnterviewd door Gazet Van Antwerpen over de betekenis van de Vlaamse feestdag.
Heeft een mens de Vlaamse Leeuw nodig om zich verbonden

als De Roover betreurt dat ‘allochtonen’ niet aanwezig zijn op een bepaald evenement, moet hij ook toegeven dat er geen moeite gedaan wordt om ‘hen’ aan te spreken.

 

Naar aanleiding van 11 juli en het initiatief Flamigrant dat gelanceerd werd door Jamila Channouf en de Gentse Lente, werden vier mensen “met een andere etnische achtergrond” geïnterviewd door Gazet Van Antwerpen over de betekenis van de Vlaamse feestdag. Ze wilden onze impressies over het initiatief van Channouf, over de mogelijkheid om samen Vlamingen te zijn terwijl een grote wij-zij kloof ons scheidt, en over mogelijke pistes om uit die negatieve spiraal te geraken. Een positieve insteek, uiteraard.

Gazet Van Antwerpen opende dan zaterdag met een “opmerkelijke oproep” van N-VA-Kamerlid Peter De Roover. “11 juli mag geen blank feest zijn”, kopte de krant. “De Vlaamse feestdag moet een hoogdag zijn voor iedereen die ons Vlaams model wil delen, ongeacht afkomst of kleur”. Ook het Standpunt van senior writer Lex Molenaar ging daarover, naast een anderhalve bladzijde lang interview met De Roover, getiteld “Allochtonen, jullie zijn welkom”, waarin, naast klare taal over de federale politiek (“Er is in dit land nog steeds één overheid te veel”), ook commentaar werd gegeven over nationalisme in tijden van superdiversiteit.

De Roover vindt het jammer dat hij weinig “allochtonen” ziet tijdens de doortocht van de Reuzen of de Tour in Antwerpen en hij is het niet eens met het accent dat de Gentse Lente wil leggen op de meertaligheid van de Vlaamse Leeuw. Hij reikt toch de hand naar de allochtone gemeenschap – zo werd het althans gelezen door De Redactie – want “een Afrikaan” zou ook een “Vlaams-nationalist” kunnen zijn. Voor De Roover blijft 11 juli een feest “voor alle mensen voor wie Vlaanderen een politieke gemeenschap is”. Niet een feest voor iedereen die in Vlaanderen woont, maar een feest “voor iedereen die ons Vlaams model wil delen, ongeacht afkomst of kleur”.

Op de daaropvolgende pagina kopt de krant “Alle Vlamingen moeten naar elkaar toegroeien”, een citaat van Channouf, met als boventitel “11 juli een hoogdag voor iedereen. Wat vinden mensen met een andere etnische achtergrond van de boodschap van N-VA’er Peter De Roover?”. Daar werden onze vier meningen onder geplaatst, plus die van Channouf. We dachten te reageren op Channouf, maar onze woorden worden gepresenteerd als een antwoord op De Roover.

Nu, gezien mijn mening over de boodschap van De Roover niet gevraagd werd – omdat zijn boodschap voor mij even “verrassend” (dixit Molenaar) was als voor elke andere GVA-lezer die zaterdagochtend – zal ik bij deze wél antwoorden:

Het is om te beginnen een oproep die 50 jaar te laat komt. Liever laat dan nooit, uiteraard, maar geef dan ten minste toe dat een dergelijke oproep ons heel wat problemen had kunnen besparen, was die op tijd gekomen. De oproep is daarnaast ook vreemd gepresenteerd: als De Roover betreurt dat ‘allochtonen’ niet aanwezig zijn op een bepaald evenement, moet hij ook toegeven dat er geen moeite gedaan wordt om ‘hen’ aan te spreken. Is Christoff (www.christoff.be) de naam die mensen moet uitnodigen voor de Vlaamse feestdag? Dan ga je weinig kleur over de vloer krijgen, dat is vrij voorspelbaar. Anderen welkom heten betekent ook dat we de verandering van onze identiteit verwelkomen, anders is dat alleen maar een oproep tot assimilatie. Als iemand uitgenodigd wordt voor een feest waarvan het programma voor hem onaantrekkelijk blijft, mag men hem niet verwijten dat hij niet langs komt.

Op dezelfde manier, als men uitgenodigd wordt om erbij te horen, maar dan verweten wordt een andere invulling te geven aan dat behoren, is die inclusie vals. Als iemand niets voelt bij de “fictieve” passage van de Tour door de stad (ik citeer letour.com), is dat iets waar hij recht op heeft, punt. En het is niet omdat De Roover geen kleur gezien heeft bij de Reuzen, dat er geen kleur was bij de Reuzen. Ik heb daar wél kleur gezien, misschien moet het kamerlid soms ook beter kijken?

Maar niet alleen komt die oproep met vertraging en betekent die niks als er geen inspanning wordt gedaan om mensen in de praktijk aan te spreken; niet alleen is die oproep vals als die gepaard gaat met verwijten bij het niet voldoen aan de verwachtingen van een kamerlid. Het is ook een zeer ongeloofwaardige oproep als die komt vanuit een partij die op een zeer consequente manier de anderen problematiseert. Een partij die de feestdagen van anderen wil beperken, een partij die van anderen eist afstand te nemen van gruwelijkheden waar ze vanzelfsprekend niks mee te maken hebben en die de meerwaarde van anderen in vraag stelt. Een partij die het zelfs aandurft specifieke bevolkingsgroepen te stigmatiseren. Het zal dus meer inspanning kosten dan op een podium te staan, een foto te laten trekken en te zeggen “jullie zijn welkom”. Dat is duidelijk, toch?

Het zijn vooral de nationalisten zelf die nood hebben aan een inclusief nationalisme. Men kan perfect functioneren als Vlaming zonder een leeuwenpin te dragen. Op geen enkel moment heeft een mens de Vlaamse Leeuw nodig om zich verbonden te voelen met Vlaanderen. Wel muziek. Wel theater. Wel respect, liefde en spontaan contact. Wel aangesproken te worden door de bemiddelaars van onze samenleving: de politici, de media, de kunsten, het onderwijs... Maar dat gebeurt jammer genoeg niet voldoende, want een aantal van die bemiddelaars verdenken en stigmatiseren de andere op regelmatige basis of richten zich grotendeels tot één deel van de samenleving. En bij gebrek aan een intelligentere manier om een gemeenschap te vormen, vallen ze dan terug op het (inclusief) nationalisme.

Channoufs idee van een meertalige Vlaamse Leeuw (waar De Roover, nota bene, het niet mee eens is) betekent niks anders dan een weerspiegeling van onze meertalige samenleving. Dat 11 juli een feest moet worden voor iedereen in Vlaanderen en niet alleen voor een groepje nationalisten is ook alleen maar logisch. Maar tegelijkertijd kan het idee van een wervend, inclusief nationalisme – iets dat bij retoriek blijft, want in de praktijk blijft het nationalisme uitsluitend werken – niemand bekoren. Zouden we niet eerder moeten pleiten voor een andere, niet nationalistische vorm van gemeenschapsvorming gebaseerd op solidariteit, gelijkheid en vertrouwen? [Lees: Rekto:Verso]

Precies dat vertrouwen werd aangehaald door Lex Molenaar in zijn standpunt. En het is jammer om vast te stellen dat wanneer mensen een krant hun mening, naam en gezicht toevertrouwen, de redactie zo ver gaat om die meningen te presenteren als reacties op woorden van een politicus die ze niet te horen kregen. Dat is geen manier om het lang verloren vertrouwen in de media te herstellen.

Integendeel: dat schaadt verder het vertrouwen dat ons aan elkaar zou moeten verbinden.