Linkeroever-la-Morte

Linkeroever verschuilt zich achter de camera. Voor de meeste mensen is Linkeroever niks meer dan het groene kijkpunt waarvan de beste foto’s van ’t Stad worden genomen. Waarom zou je anders nog naar Linkeroever gaan?
Linkeroever-la-Morte

Linkeroever is een soort Brooklyn aan de Schelde. Sorry. Zou een soort Brooklyn aan de Schelde kunnen zijn: een alternatief, een buurt met een eigen identiteit en eigen aanbod op alle vlakken

 

Linkeroever verschuilt zich achter de camera. Voor de meeste mensen is Linkeroever niks meer dan het groene kijkpunt waarvan de beste foto’s van ’t Stad worden genomen. De prachtige Antwerpse skyline vanop een groen tapijt, waarom zou je anders nog naar Linkeroever gaan? Ironisch genoeg ligt voor de gewone mens de enige echte aantrekking van Linkeroever niet in het stratenplan van Linkeroever.

Linkeroever is een soort Brooklyn aan de Schelde. Sorry. Zou een soort Brooklyn aan de Schelde kunnen zijn: een alternatief, een buurt met een eigen identiteit en eigen aanbod op alle vlakken. Troeven zijn er: naast een uniek zicht op Antwerpen en een compact en logisch tracé is er veel groen (het Antwerpse Park Spoor Noord is eigenlijk maar een poging om de natuurlijke westeroever te evenaren) en de ligging is op zijn minst strategisch te noemen. Maar ontmoetingspunten ontbreken.

Wie gaat er naar Linkeroever terwijl Spoor Noord meer en meer op een soort “Blankenberge in onze achtertuin” (om Hugo Matthysen toch half te citeren) begint te lijken? Terwijl de hippe cafés van ’t Zuid, de studentencafés van ’t Centrum of de gezellige terrasjes van Zurenborg overvol lopen?

Wat doet een bewoner van Linkeroever als het nog niet laat genoeg is om te gaan slapen? Naar Antwerpen gaan? Zeker geen slechte optie, maar gezien de hoeveelheid jeugd die in Linkeroever woont, zou het wel eens kunnen dat zij goed gebruik zouden maken van plaatselijke alternatieven.

Linkeroever zou ook een soort La Défense kunnen zijn, maar de investering in bereikbaarheid en infrastructuur houdt andere investeringen tegen. In een fietsstad als Antwerpen is de totale afhankelijkheid van de trage en krappe lift in de  altijd mystieke Sint-Anna tunnel (een toeristische attractie op zich) een echte dooddoener.

De recente investeringen van de Stad Antwerpen bevinden zich grotendeels binnen de ring, aan de rechteroever. De wandelboulevards, het MAS en het naburige “Saint-Tropez van ’t Stad” (niet mijn woorden, pas op), badBoot inbegrepen, het nieuwe Justitiepaleis, de businessbuurt van het Kievitplein, Permeke, Centraal Station, Astridplein, het KMSKA, de renovatie van deSingel. Ondertussen is Linkeroever amper geëvolueerd in de 21ste eeuw.

Wat Linkeroever wel kent zijn noodoplossingen. Een festivalleke hier, een kermiske daar of een “verrassende” locatie van de Zomer van Antwerpen.  Nu is het alleen nog wachten op nog een CC erbij, met dezelfde programmatie als alle andere culturele centra in Antwerpen en omstreken. Nog een halte in de tournee van Kommil Foo, nog een literaire ontmoeting met Tom Lanoye. Nog een cultuurhuis waar er geen plaats is voor allochtone artiesten omdat zij niet voldoen aan de westerse canon. Linkeroever zou veel meer kunnen betekenen, als er echt zin was voor de integratie en ontwikkeling van een stad. Als Linkeroever gezien werd als een deel van Antwerpen.

Maar de bewoners van Linkeroever zijn die moeite blijkbaar niet waard.

Toen ik net verhuisde naar Antwerpen en niet zo veel mensen kende trok ik vaak naar Linkeroever met mijn fiets. Of het nu ter hoogte van de petrochemie of rechtover de toren van de Kathedraal was, ik kon uren gehypnotiseerd blijven zitten aan de Schelde. En als vrienden of familie vandaag de dag op bezoek komen raad ik hen altijd aan om naar Linkeroever te gaan omdat het zicht prachtig is. Dan vragen zij altijd wat er nog te doen valt in Linkeroever. Daar blijf ik met mijn mond vol tanden. Zij kunnen zelfs geen Velo-fiets huren om er naartoe te gaan want er is er geen Velo-station, wat een zonde.

Georges Rodenbach publiceerde in 1892 zijn roman Bruges-la-Morte, een portret van wat toen een levenloze stad was. Vandaag is Brugge de enige reden (naast het F1 circuit van Spa Francorchamps) waarom een doorsnee Venezolaan naar België op bezoek zou komen.

Linkeroever hoeft zeker geen toeristische milestone te worden. Maar een beetje leven kunnen de bewoners van Linkeroever zeker gebruiken.