"Edelweiss, Edelweiss / Bless my homeland forever", zingt Von Trapp, terwijl de schaduw van de Nazi's over de Alpen kruipt en het hart van de Oostenrijker opzwelt van pure liefde, van geluk, de enige energie die het kwaad kan bestrijden.
Shame on me: tot zondagavond had ik 'The Sound Of Music' nog nooit gezien. Ik haat musicals: vanaf het moment dat er een filmpersonage begint te zingen verkrimpen mijn vingers en tenen als de tentakels van een octopus in kokend water en mijn gezicht wordt gegijzeld door een pijnlijk grimas. Daarom beperk ik mijn dosis musicals tot een om de drie jaar. Nochtans ben ik de schade momenteel aan het inhalen: 2011 was het jaar van 'Singin' in the Rain' en dankzij de gunstige timing van VTM zou 2014 dus het jaar worden van zuster Maria en de Singing Von Trapp Family.
Elke keer besef ik opnieuw hoe belangrijk de musical-cultuur is, hoeveel algemene referenties ik mis omwille van mijn afkeer voor de gezongen dialoog. Zo veel muziek, zo veel verhalen, zo veel schitterende teksten vol wijsheid en pit en beeldvorming avant la lettre... maar so be it.
Ik beken: Ik heb genoten van 'The Sound of Music'. Ik heb zo vaak herhaald "ah, daar komt dat van", dat ik het soms jammer vond dat ik 36 jaar van mijn leven heb geleefd zonder "My Favourite Things" of het Tiroolse landschap. Ik ben toch blij dat ik de film als volwassen mens gezien heb, want als kind had ik misschien geen aandacht geschonken aan de vrolijke onderdanigheid van de jonge vrouw die volmondig zingt dat ze graag wil afhangen van de sterkte en wijsheid van een oudere man. Of aan de nationalistische trots van Captain Von Trapp, bijvoorbeeld. Nationalisme als weerstand tegen de terreur, tegen de swastika en de Hitler-groet. Nationalisme als liefde voor het Vaderland en de landgenoten. "Edelweiss, Edelweiss / Bless my homeland forever", zingt Von Trapp, terwijl de schaduw van de Nazi's over de Alpen kruipt en het hart van de Oostenrijker opzwelt van pure liefde, van geluk, de enige energie die het kwaad kan bestrijden.
Al die vlaggen zouden me als kind zeker ontgaan zijn en misschien is het beter dat ik de film net eergisteren zag, op de dag dat de Antwerpse burgemeester (ad interim) het lef had om een Reductio ad Hitlerum te doen, een jaar na zijn eigen kritiek op mensen die een vergelijking met de jaren dertig uit de mouw zouden schudden om kiezers af te schrikken. Maar ja, met welk ander argument kan De Wever het nieuws nog halen, vandaag, behalve dergelijke boutade's?
2014 gaat dus van start met een gescenarieerd interview, een gemodereerde monoloog in het VTM nieuws, over "moslimterreur" en een nachtrit in een politie-combi, waar het meest gevaarlijke incident naar eigen zeggen de arabische muziek was die plots uit de speakers weerklonk. De derde populairste politicus van Vlaanderen antwoordt op de vraag "Is dat de grootste dreiging van deze tijd?" niet zomaar met een "Ja", al op zich en puur statistisch discutabel, maar met een uitgebreid “Ik vind het persoonlijk, sinds Hitler en Stalin, de ergste gesel, dat moslimextremisme”.
Misschien is het vergezocht, maar na zo'n vergelijking van het "moslimextremisme" - bij ons vertegenwoordigd door Belkacem en Jejoen en entourage - met, euhm, Hitler, kon ik niks anders doen dan denken aan Bart De Wever als de hedendaagse, Vlaamse belichaming van Captain Von Trapp. Bart De Wever im lederhosen, gitaar in zijn hand, op het podium van een Bourlaschouwburg zwaar omsingeld door Syriëstrijders, singing inspiredly? Edelweiss, Edelweiss?...
Wat een prachtig beeld. Dank u, VTM, mijn 2014 kan niet meer mis. The hills are alive with the sound of music!