Abdel Haleem’s vertaling van de Koran overtreft heel wat andere door zijn transparante toon.
Toen ik voor het eerst de Koranvertaling van de Egyptische Abdel Haleem open sloeg, was ik al snel onder de indruk. Eén van de meest opmerkelijke aspecten was het feit dat er geen verzenstructuur gebruikt wordt. Het geheel is in vloeiend proza geschreven. Daarmee overeenstemmend is de taal vrij van archaïsmen of van vreemde grammaticale structuren die men vaak in andere vertalingen aantreft. Abdel Haleem’s vertaling overtreft heel wat andere dan ook door zijn transparante toon. Voeg hier de beknopte maar enorm interessante inleiding aan toe en het wordt duidelijk dat deze handige pocket-size editie de meest toegankelijke Engelstalige vertaling is. Op een dergelijke Nederlandstalige editie moeten we waarschijnlijk nog wat wachten.
Ik ontmoette professor Abdel Haleem in zijn kantoor in Londen. Ik was bijzonder nieuwsgierig om zijn mening te horen over een onderwerp dat me al lang interesseerde: de relatie tussen de tekst en de context van de Koran.
Halal Monk: Dat de Koran een goddelijke openbaring is, is een kernelement van het islamitische geloof. In mijn eigen christelijke traditie worden de geschriften echter niet als goddelijk gezien. We gaan ervan uit dat de auteurs van bepaalde boeken in de Bijbel misschien wel heel geïnspireerd waren toen ze de boeken schreven en dat ze zich op historische gebeurtenissen baseerden, maar we zien hun geschriften uiteindelijk wel als teksten die door mensen werden geschreven en samengesteld. Kunnen we niet hetzelfde doen met de Koran? De spirituele pracht ervan inzien is één ding, maar het als radicaal verschillend van andere religieuze teksten bekijken, is iets anders.
Abdel Haleem: “Onze collega’s in Oriëntalistische faculteiten zullen misschien zeggen dat Mohammed de Koran heeft geschreven, of zelfs dat anderen hem geschreven hebben. De theologische traditie vertelt echter dat hij de Koran van een aartsengel ontving, die het hem van Godswege bezorgde. Maar ik bekijk het alleen vanuit een linguïstisch perspectief. En ik zie dat wat Mohammed in een ‘staat van openbaring’ ontving anders was dan zijn normale taalgebruik. We kunnen bijvoorbeeld duidelijk zien dat het taalniveau van de Koran veel hoger ligt dan die van de Hadith (de verslagen van de gezegden en acties van de profeet). We weten ook tot wat Mohammed in staat was. We weten dat hij tot zijn 40ste geen poëzie schreef en nooit openbare toespraken hield. Het wekt dan ook verwondering dat hij zo plots dergelijke Koranverzen kon reciteren. De toenmalige moslims zeiden dat de taal van God kwam. De niet-moslims daarentegen zeiden dat hij een dichter was of dat een djinn hem influisterde wat hij moest zeggen.
Welke verklaring ze hiervoor ook hadden, over één ding waren ze het eens: dat het niveau van de Koran veel subliemer was dan de taal die men gewoon was.
Ik lees de Koran al zo lang en ken hem van buiten, maar elke dag wanneer ik de Koran lees, ontdek ik nieuwe betekenissen in sommige verzen die ik nog niet had opgemerkt. Dat is een speciale troef van de taal van de Koran – los van het geloof.”
Halal Monk: Hoe zit het met de structuur en redactie van de Koran? In welke mate werden deze beïnvloed door mensen en hun context in plaats van goddelijke openbaring? De verschillende openbaringen werden bijvoorbeeld niet chronologisch gerangschikt en de soera’s werden van lang naar kort geordend. Dat wijst nogal op een ‘menselijke’ invloed in de uiteindelijke Koran, of niet?
Abdel Haleem: “Ik ben ervan overtuigd dat er een grote eenheid is in het materiaal van elke soera. Men denkt vaak dat het een bijna slordige ‘opeenhoping’ is. Maar dat is het niet. Na lange studies over de ‘linguïstische gewoontes’ van de Koran kan ik je verzekeren dat de Koran nauwkeurig is samengesteld. De specifieke volgorde van de soera’s is een ander verhaal. Zelfs moslimgeleerden hebben er verschillende meningen over. Sommigen zeggen dat de hele Koran gestructureerd is volgens een goddelijke inspiratie. Anderen zeggen dat de specifieke ordening van desoera’s de persoonlijke opinie van enkele gezellen van de profeet was. Eeuwen geleden bestonden daar ook al discussies over.”
Halal Monk: Als er zo’n invloed op de volgorde van de soera’s is geweest, waarom kunnen we dan niet een beetje verder gaan en veronderstellen dat in de loop van de geschiedenis ook sommige woorden of zinnen veranderd zijn?
Abdel Haleem: “Ik ben ervan overtuigd dat de Koran zoals we die vandaag kennen, dezelfde Koran is die de profeet reciteerde en ik ondersteun deze overtuiging met verschillende argumenten.
Ten eerste moeten we rekening houden met de lengte van het profeetschap van Mohammed. Jezus had maar twee en een half jaar om zijn opdracht te vervolmaken maar Mohammed kreeg een periode van 23 jaar toebedeeld. In de laatste 10 jaar had hij duizenden gezellen en was hij elke dag samen met hen in de moskee. Hij reciteerde de verzen voor hen en zorgde ervoor dat ze het ook juist lazen.
Ten tweede leerde men alles van buiten in de Arabische cultuur van toen. Hun genealogie, geschiedenis, poëzie… ze memoriseerden alles. En de Koran telt slechts 500 pagina’s. Als we dit over 23 jaar verdelen – dat wil zeggen: zo’n 2 à 3 pagina’s per maand – dan zien we dat het de menselijke mogelijkheden niet overstijgt om de Koran van buiten te leren.
Ten derde moeten we in het achterhoofd houden dat de mensen geloofden dat het Gods woord was. Mensen die geloven dat het Gods woord is zullen grote moeite doen om het juist te leren. Als je bedenkt hoezeer de eerste moslims zichzelf opofferden voor hun doel, vind ik het moeilijk om te geloven dat ze vrijwillig de woorden zouden veranderen of aanpassingen zouden doorvoeren. Dat klinkt niet logisch. Het is aannemelijker dat men heel ver zou gaan om de woorden exact te behouden zoals ze door de profeet werden gezegd – zoals nog altijd wordt gedaan, op alle leeftijden, zowel door Arabische sprekers als andere moslims.
Daarenboven werd de Koran nog tijdens het leven van de Profeet neergeschreven op diverse materialen. Al 14 jaar na zijn overlijden ontstond een situatie waarin alles verzameld werd en neergeschreven in één volume. Twintig jaar later werd deze eerste editie gekopieerd en goedgekeurd. Zes extra kopieën werden gemaakt en niemand durfde ooit iets te veranderen in deze geschriften. Zelfs de spelling bevat bijzonderheden die niet meer bestaan in het Arabische geschrift maar niet veranderd zijn.
Ten laatste moeten we niet vergeten dat de Koran, in tegenstelling tot andere spirituele geschriften, vanaf het begin beschermd werd door de hoofden van de staat, zoals sommige Westerse geleerden aantoonden. De integriteit werd dus altijd bewaakt door de machthebbers.
Zoals je merkt gebruik ik geen theologische argumenten. Ook wanneer ik lesgeef gebruik ik geen theologische argumenten omdat mijn studenten niet alleen moslims zijn. Soms zijn ze jood, christen, hindoe of boeddhist. Ik ben geen theoloog of prediker, ik ben een academicus en houd me bezig met de taal, stijl en vertaling. Het is dus niet mijn taak om mensen van mijn geloof te overtuigen.”
Halal Monk: Beïnvloedde deze overweging uw vertaling eveneens?
Abdel Haleem: “Zoals je weet erkent de Koran de geschriften die naar Mozes en Jezus gezonden zijn, als ook de profeten van deze tradities. Hij vertelt dat alle profeten met dezelfde boodschap kwamen: geloven in één God, alle mensen oproepen om te handelen volgens Zijn wetten. En hij bevestigt dat ze rekenschap zullen geven van hun daden op de Dag des Oordeels. Dit beïnvloedt mijn visie zeker wel. Men vergeet vaak dat de Koran de joden en christenen oproept om vast te houden aan de leer die hen door God gezonden werd. Als moslim wil ik dus ook graag hebben dat christenen heel goede christenen en joden heel goede joden zijn. Sommigen zijn dat niet, maar ik heb ook het geluk gehad om een paar christenen te ontmoeten die levende heiligen waren. Ik heb meer christenen dan joden ontmoet maar ik ben er zeker van dat er ook heilige joden bestaan. Ik veroordeel en beoordeel mensen dus niet op basis van hun geloof omdat de Koran en de Hadith me leren dat God als enige het recht bezit om te oordelen wie naar de hel of het paradijs gaat. Niemand anders kan zich dit recht toeëigenen.”
Halal Monk: Maakt deze premisse uw vertaling ook anders dan de andere?
Abdel Haleem: “Ja, maar ik gebruik deze premisse alleen omdat het een principe is dat de Koran zelf verklaart. Sommigen schreven naar bepaalde regeringen in de Arabische wereld dat mijn vertaling niet toegelaten mocht worden omdat zij te toegeeflijk en liberaal was tegenover de joden en christenen. Maar ik ontwikkelde een heel overtuigende tegenargumentatie vanuit de Koran zelf en die werd geaccepteerd. Ze kochten zelfs een groot aantal kopieën om ze verder te verspreiden.” (lacht)
Halal Monk: Eén van de verzen die een wat ‘mildere toon’ krijgt in uw vertaling is vers 14:4. In de meeste vertalingen lees ik: “God doet dwalen” terwijl u het vertaalt met: “God laat dwalen”. Dit lijkt me een klein maar belangrijk verschil omdat het meer keuze en minder determinisme inhoudt…
Abdel Haleem: “Ik houd bij mijn vertalingen altijd rekening met wat de Koran in andere passages zegt. In dit geval moeten we verwijzen naar het begin van hoofdstuk 2, vers 27, waar staat dat God alleen degenen ‘doet dwalen’ die er zelf voor kiezen om te dwalen. Hier bovenop kan deze vorm van het werkwoord linguïstisch gezien ook vertaald worden met: “Hij treft ze verdwaald aan”. Het is dus minder direct dan het meestal vertaald wordt.”
Halal Monk: Een ander deel van uw vertaling dat me opviel zijn de woorden waarmee u al-fatiha eindigde: “Leid ons op het rechte pad: het pad van degenen die U gezegend hebt, degenen die geen toorn opwekken en degenen die niet dwalen.” In een voetnoot voegt u toe: “Merk op dat het woord ‘toorn’ niet toegeschreven wordt aan God, zoals in vele vertalingen.” Weer eens een klein maar heel belangrijke verandering. Is dit echt het geval?
Abdel Haleem: “Ik wil er een miljoen dollar om verwedden met wie dan ook. Want het is zo helder als de zomerzon in het Midden-Oosten dat mijn vertaling volgens hetgeen in de Arabische Koran geschreven staat, juist is. Vorige vertalers hebben altijd overgeschreven wat door anderen voor hen neergepend werd zonder te kijken naar wat er écht staat in het Arabisch. God wordt niet genoemd. Er wordt niet gezegd dat God kwaad op hen is. Elders in de Koran kan er misschien wel staan dat ‘God kwaad is’, maar niet in de Fatiha. Van belang is dat God wordt voorgesteld als liefdevol, barmhartig, genadevol en leidend. De oude vertalingen spreken dan ook het algemene beeld van Al Fatiha tegen.”
Halal Monk: Het lijkt me soms bijna onmogelijk om een gepaste vertaling te vinden voor sommige woorden en zinnen. Ook dit voorbeeld toont aan dat vertaling vaak gepaard gaat met interpretatie.
Abdel Haleem: “De schikking van de woorden van de Koran bezit inderdaad een rijkdom aan betekenissen die je onmogelijk naar het Engels (of het Nederlands) kunt vertalen. In het Arabisch kan dezelfde uitspraak drie of vier verschillende betekenissen hebben die allemaal relevant zijn. Dus zelfs wanneer je meer dan je best hebt gedaan om het zo juist mogelijk te vertalen, ben je nog altijd teleurgesteld. Het Engels bevat simpelweg niet dezelfde woorden met zo’n veelvoud aan betekenissen en uiteindelijk kun je niet anders dan slechts één laag te selecteren. Een Egyptische geleerde van Oxford belde me op een dag op en vroeg mij de vertaling van een zeker vers. Nadat ik haar die doorgaf, zei ze: “Het Arabische vers is zo veel mooier”. En ik antwoordde haar: “Luister, ik heb nooit beweerd even welsprekend te zijn als de auteur (lacht)”.
*
Dit interview verscheen oorspronkelijk in het Engels op www.halalmonk.com. Met dank aan Nurella Altiparmak voor haar hulp bij de vertaling.
Andere interviews van Halal Monk lees je op Kif Kif in dit dossier